top of page

"Zonder auto leven is nog veel simpeler dan we eerst dachten"

30dagen.be

 

Lopke wordt gelukkig van de buitenlucht en de spontane ontmoetingen. Koen voelt zich frisser door de fysieke activiteit. Het Gents koppel heeft twee jonge kinderen, twee jobs en familie die aan de andere kant van het land woont. Ze fietsen, bussen, trammen en treinen erop los, want eind vorige zomer besloten ze om hun auto te verkopen. Op Dagen Zonder Auto bloggen ze over die autoloze dagen. Aan ons vertelden ze hoe ze die hebben voorbereid.

 

Hoe kwamen jullie op het idee om de auto weg te doen?

Lopke: Ik werd ongelukkig in de auto. Tijdens dagdagelijkse verplaatsingen, naar de school van mijn oudste zoon en dan naar mijn werk, stond alles altijd dicht. Ik was altijd jaloers op mensen die ik dezelfde weg met de fiets zag afleggen. Maar bij regenweer liet ik me toch vaak verleiden om met de auto te gaan. En dan dacht ik steeds opnieuw ‘Wat ben ik toch weer dom geweest’.

 

Koen: Er was niet echt een concrete aanleiding, maar ik herinner me wel dat toen we een weekendje naar de Ardennen gingen, we vrijdagavond laat in de file stonden. En dat toen we terugkwamen op zondagnamiddag, terwijl het supermooi weer was, alles weer vaststond. Op zondagnamiddag! Dat heeft me wel aan het denken gezet.

 

Hebben jullie je voorbereid op de grote overgang?

Lopke: We hebben een aantal maanden een mentale test gedaan, en gedaan alsof we geen auto meer hadden. Bij elke verplaatsing vroegen we ons dan af hoe we die zouden doen zonder auto. Onze oudste zoon van negen kon dat spelletje al goed meevolgen. En we hebben er natuurlijk ook veel over gelezen.

 

Koen: Sommige blogs en boeken zijn wel te negatief. Mensen zeuren zo vaak. Ze praten vooral over hoe slecht de auto is en hoe slecht de omstandigheden voor fietsers zijn. Niet dat wij het negatieve achterwege willen laten, maar er blijft gewoon weinig negatiefs over.

 

Op jullie blog kunnen we lezen dat jullie twee kinderen en allebei een voltijdse job hebben...

Koen: We werken ondertussen allebei vier vijfde. Het zijn grote woorden, maar ergens heeft dat ook te maken met anders gaan leven. Je kiest voor het bewust vertragen van je bestaan. Zonder auto moet je je activiteiten kiezen op een dag. Je kan niet meer alles tegelijk. We leven nu minder haastig.

 

Lopke: Niet snel snel iets kunnen doen, heeft een effect op je ingesteldheid. Ik ervaar meer rust, ik heb geen keuzestress meer. Als we op bezoek gingen bij Koen zijn moeder, zouden we op de heenweg nog snel snel iets gedaan hebben en op de terugweg hetzelfde. Nu gaat dat niet meer en ik voel dat niet aan als een verlies. Ik vind het net aangenaam. Het is een vorm van vrijheid. Als het een lange periode, grijs, koud of regenachtig is, dan klaagt iedereen dat ze zo graag nog eens zouden buitenkomen. Dan denk ik ‘Ik kom er net van!’. Ik heb veel minder last van die depressieve winterperiode.

 

Moeten jullie je leven nu beter inplannen?

Koen: Vooraleer het zover was, schatten we alles veel erger in. De auto is een logica waarmee we zijn opgegroeid, vanaf het moment dat we op de achterbank bij onze ouders zitten. Eens die logica wegvalt, valt het mij op hoe simpel het eigenlijk is. Je moet soms meer inplannen, maar andere dingen helemaal niet. Iedereen klaagt bijvoorbeeld dat de trein te laat is, maar iedereen die met de auto ergens naartoe gaat, plant de files al op voorhand in. Met de auto mag er heel veel mislopen. Hij mag files en dure parkings hebben, stinken en ongezond zijn. We nemen het er echt allemaal bij. Het is pas wanneer je het zonder auto doet dat je dat beseft. Zonder auto leven is nog veel simpeler dan we op voorhand dachten.

 

Lopke: Het wordt gewoon een gewoonte. Het wordt normaal. En in de stad ben je met de fiets vaak sneller. Zeker op het spitsuur.

 

Hebben jullie toch nog voor verrassingen gestaan?

Lopke: Nee, eigenlijk niet. We hebben op het moeilijkste moment onze auto weggedaan, aan het begin van de winter. Die is nu gepasseerd en op al die tijd vond ik het maar één keer echt een rotte fietstocht. In de auto had ik dat gevoel veel vaker. Je moet wel een basis aan goed materiaal hebben. Goede regenkledij, fietstassen en kinderstoeltjes... Je moet de vrijheid kunnen hebben om de meest aangename manier te kiezen om op de fiets te stappen.

 

Koen: We zijn natuurlijk goed geëquipeerd. Met een deel van het geld dat onze auto opbracht, hebben we een elektrische bakfiets gekocht. Daar kunnen 100 kilo boodschappen en kinderen in.

 

Lopke: En als je je auto verkoopt, kan je je al eens een duurder treinticket permitteren. De eerste uitstap die we deden zonder auto was wel echt heel slecht voorbereid. Maar na een tijdje word je het heel gewoon.

 

Koen: Een peuter die het gewoon is om op de achterbank te zitten, doet de eerste keer op de trein wel eens vervelend. Maar dat keert. Nu is hij blij dat hij bewegingsvrijheid heeft en met mensen kan communiceren. Hij wordt nu lastig in de auto.

 

Lopke: Toen ik een vast contract kreeg op mijn werk, hebben ze mij drie keer gevraagd of ik wilde intekenen voor een auto, waar ik telkens opnieuw op antwoordde dat ik dat niet wilde. Nadien kreeg ik opnieuw een mail met dezelfde vraag. Ik heb de dame in kwestie dan opgebeld om de situatie nog eens uit te leggen. En dan vroeg ze mij of ik alsjeblieft schriftelijk wilde bevestigen dat ik niet voor de auto wilde intekenen. Dat vonden zij zeer vreemd.

 

Jullie rijden al sinds september niet meer met de auto. Wat is daar voor jullie het meest positieve aan?

Koen: Voor mij vooral de fysieke activiteit. Je met de fiets verplaatsen is een gratis fitnessabonnement. Het is misschien geen gigantische krachttraining, maar het houdt je wel fris en gezond.

 

Lopke: Het feit dat ik elke dag beweging heb en buiten ben, aan het begin van de dag, dat heeft een heel positief effect op mij. En natuurlijk ook fysiek. Het wordt zelfs een gewoonte die ik nu nodig heb. Je komt ook altijd iets tegen met de fiets. Met de auto stap je in en kan je wachten tot je er bent. Heb je file, dan kan je lang wachten. De kans is klein dat er onderweg iets gebeurt. Onderweg met de fiets of te voet heb je dat wel. Ik fietste onlangs door de stad op een mooie lentedag, er waren straatmuzikanten en ik ben gestopt omdat mijn tweejarige peuter daar de show wilde gaan stelen. Hij ging er staan dansen. Zoiets maak je met de auto niet mee.

 

Koen: De auto is zo lang als het vrijheidsideaal verkocht... Maar in feite ga je van een binnenruimte langs een wegennetwerk, terug naar een binnenruimte. Het is een cocon.

 

Denk je dat jullie beslissing ook mogelijk was indien jullie op het platteland woonden?

Lopke: Dat hangt er van af. Als je je dagelijkse verplaastingen te voet, met de fiets of gemakkelijk met het openbaar vervoer kan doen en je hebt een bus- of treinverbinding naar de stad, dan wel. Om mijn oudste zoon naar school te brengen en naar mijn werk te gaan, fiets ik in totaal 45 minuten. Twee keer per dag. Ik denk dat mensen in een dorp die bereid zijn om elke dag 45 minuten te fietsen, toch ook al ver geraken.

 

Koen: Ik zou de stap misschien niet hebben gezet als ik op het platteland woonde, maar nu ik het in de stad heb gedaan, zou ik sneller geneigd zijn om het ook op het platteland te doen.

 

Hebben jullie soms het gevoel dat jullie tijd verliezen met verplaatsingen nu jullie geen auto meer hebben?

Koen: Ik denk dat het een belangrijk punt is dat het niet gaat over tijd verliezen, want je hebt minder het gevoel dat de tijd verloren is.

 

Lopke: Wanneer ik met de auto en zonder file naar mijn familie in Limburg ging, was ik er op dik anderhalf uur. Maar dan zit ik anderhalf uur te wachten. Met de trein duurt dat twee uur en twintig minuten, maar dan heb ik – als ik dat alleen doe – twee uur de tijd om een boek te lezen. Dat is fantastisch! Wanneer de kinderen erbij zijn, leren ze bij, doen ze grappige dingen, spelen we een spelletje... Ik ben dan een klein uur langer onderweg, maar heb niet het gevoel dat die tijd verloren is. Het is een activiteit. Met de auto gaan is verloren tijd.

 

Koen: Soms gaan we bij vrienden of familie eten, maar dan zouden we ’s avonds niet meer terug geraken. En dan krijgen we de vraag om te blijven logeren, en da’s leuk. Je lost het anders op en je krijgt er iets waardevols voor in de plaats.

 

bottom of page