top of page

Fietsen in Amsterdam

Universiteit Amsterdam - Planning the Cycling City

 

Amsterdam en fietsen: de combinatie is zo vanzelfsprekend dat we er niet eens over nadenken. Wetenschappelijk gezien is het echter een thema dat enorm veel vragen oproept, zowel op planologisch, cultureel als sociaal-geografisch gebied. Al deze vragen komen aan bod tijdens het zomerprogramma Planning the Cycling City van de Universiteit van Amsterdam.

 

Nederlandse wetenschappers hebben nooit structurele interesse gehad voor fietsen, weet Marco Te Brömmelstroet, programmacoördinator van Planning the Cycling City. ‘Je zou kunnen spreken van het zogeheten stofzuigerprobleem: fietsen is voor ons net zo normaal als stofzuigen. Het is natuurlijk tekenend dat het meest invloedrijke boek over fietsen in Nederland is geschreven door een Amerikaan.’

 

Overspoeld door vragen

De aanleiding voor het ontstaan van het zomerprogramma ligt dan ook in het buitenland. Te Brömmelstroet: ‘We worden de laatste jaren overspoeld met vragen door wetenschappers en beleidsmakers van binnen en buiten Europa. Gingen wij vroeger naar Parijs en München om te zien hoe ze dat toch oplosten met al dat autoverkeer, tegenwoordig komen de beleidsmakers uit die steden naar ons toe om over de fiets te leren. Als ik wil, kan ik elke maand een rondleiding door de stad geven.’

 

Cycling professor

Voor Te Brömmelstroet, zelf een fervent fietser, was de belangstelling een mooie aanleiding om ook eens met een wetenschappelijke bril naar fietsen te kijken. Zo ontpopte hij zich al snel tot de cycling professor van Nederland. Hij ontdekte onder meer dat één van de oorzaken van het succes van de fiets in Nederland het dichte treinennet lijkt te zijn. ‘Mensen reizen van de ene stad naar de andere voor hun werk, en gaan vanaf het station verder met de fiets. Deze mogelijkheid maakt de auto minder noodzakelijk.’ Een andere opmerkelijke voorlopige conclusie: de met ruimtelijke beleid afgedwongen afwezigheid van ‘weidewinkels’, grote supermarkten buiten de stad, heeft de populariteit van de fiets in Nederland enorm bevorderd. ‘Supermarkten zijn bij ons vaak klein en verdeeld over de stad. Zo zijn ze gemakkelijker te bereiken met de fiets dan met de auto.’

 

Je eerste date achterop de fiets

En dan is er nog het sociale aspect: de rol die de fiets speelt in het leven van de Nederlander. ‘De fiets geeft ons een enorme vrijheid: we kunnen ons gemakkelijk over redelijk grote afstanden verplaatsen, we hoeven ons nauwelijks zorgen te maken over parkeren. En neem nou je eerste date: die neem je mee achterop de fiets – die moet zich wel aan je vasthouden, dus dat is meteen een heel intiem moment. En in een latere levensfase fiets je met je kind door stad, en ontdek je samen de wereld. Dat geluk, dat gevoel van ergens bijhoren, is een belangrijk onderdeel van onze fietscultuur.’

 

Eén euro levert 18 euro op

Economisch gezien biedt het gebruik van de tweewieler ook veel voordelen, weet hij. ‘De waarde van de fiets, ook wel bikenomics genoemd, is enorm hoog. Elke euro die wordt besteed aan investeringen op dit gebied, levert 18 euro op aan onder meer gezondheidseffecten. Er zijn eigenlijk weinig nadelen van fietsen te noemen, het is vooral een vrolijk onderwerp.’ 

 

Tegelijkertijd wil Te Brömmelstroet te hoge verwachtingen van buitenlandse studenten en beleidsmakers temperen. ‘Er is niet één recept om onze fietscultuur te kopiëren naar een willekeurige andere stad. Het is dus geen kwestie van alleen even wat fietspaden aanleggen; er is een complexe en langdurige cultuuromslag nodig.’

 

Naar huis met nog meer vragen

In plaats daarvan voorziet hij de deelnemers aan de summer school, vooral studenten uit onder meer Noord-Amerika, Europe, Azië en Australië, van heel veel kennis over veel belangrijke aspecten. Maar hij wil eigenlijk vooral ook dat ze huiswaarts keren ‘met nog meer vragen dan waarmee ze het programma zijn begonnen’. ‘Er is nog zoveel onbekend op dit gebied, dat ik hoop dat de summer school een aanjager wordt voor een (inter)nationale onderzoeksagenda.’

 

Fietsen in Amsterdam:

bottom of page